Kerkmensen zijn net mensen
Ze voelen zich bekneld, snakken naar lucht en vrijheid. Een beetje liefde en begrip
Verliezen hun zelfbeheersing, schoppen, schelden en steken daarna een sigaretje op.
Ze moeten het goed doen, heilig leven, maar dat lukt maar matig.
Ze maken er geregeld een potje van.
Ze gaan onderuit en schamen zich.
Ze verraden hun eigen Jezus.
Opnieuw kraait de haan drie keer.
Zonder Goede Herder, de Man van smarten, zijn ze nergens.
Dan blijven ze liggen in de goot.
Maar Hij wil hen overeind helpen.
Stapjes leren zetten, achter Hem aan.
Hij wil hen woordjes leren.
Vooral dat ene woordje: genade.